Weekbrief Leo Fijen – 3 februari

Herdenking  kartuizer Dom Marcellin Theeuwes

Soms gebeuren de mooiste dingen in de luwte van het alledaagse leven. Op 1 februari was er zo’n moment, in de Caroluskapel van het bisdom Roermond. Het was er koud en toch heel warm, in die heilige ruimte waar ooit het laatste klooster van de kartuizers in Nederland is geweest. Daar waren tientallen mensen bijeen om Dom Marcellin Theeuwes te gedenken, de prior van La Grande Chartreuse, de Brabander uit Rijen die het grootste deel van zijn leven als kartuizer heeft gebeden en in stilte doorgebracht. Die stilte was vrijdag 1 februari tastbaar bij de herdenking, maar ook de eenvoud en puurheid van de bijzondere religieus. Rob Merckx ging voor en zong voor, bijgestaan door de schola. Er klonk veel Gregoriaans, er werd gelezen uit de Schrift, er was op het einde het In Paradisum. En dat ontroerde mij diep. Ik had het gevoel alsof we Marcellin Theeuwes een maand na zijn sterven naar de hemel zongen. Dat verdient hij, deze heilige mens die ook zo wijs was. En vanuit die wijsheid beperkte hij zich tot eenvoud en stilte. Want hij leefde voor God, al het andere is relatief. Zo simpel is het, zo wijs moet je zijn. Zo gelovig en vol overgave ook. Marcellin Theeuwes was het allemaal. Daarom was deze herdenking zo mooi omdat ze recht deed aan het leven van deze goede mens. Daarom waren zijn familieleden ontroerd omdat zijn naam en zijn levensmotto nog één keer hardop werden genoemd. Bijna niemand buiten de kapel heeft het gehoord. Dat is niet erg. Als God het maar heeft gehoord.

Leo Fijen