Weekbrief Leo Fijen – 23 september

Halfweg

Halfweg is een lelijk dorp, maar voor mij ook een dierbare plek. Ik ben er geboren in de Julianastraat nummer 34, ik ben er gedoopt in de kerk achter ons huis, ik heb er leren voetballen op het schoolplein en op het veldje voor ons huis. Er is veel veranderd tussen toen en nu. Daaraan merk ik dat ik ouder word. De suikerfabriek is omgebouwd tot een nieuwe bedrijfsruimte, de kerk is gehalveerd en aangepast aan de menselijke maat van deze tijd, de opa’s en oma’s van toen liggen inmiddels op de begraafplaats, de meeste ooms en tantes ook. Vroeger lagen ze daar met uitzicht op de Ringvaart, nu worden er rondom de gehalveerde kerk huizen en appartementen gebouwd. En toch is het dorp nog steeds een beetje van mij en woont het in mijn hart, ook al ben ik er zelden. Mijn oom vierde er afgelopen weekend zijn 80everjaardag en zijn 50-jarig priesterfeest, in die gehalveerde kerk. En hij deelde met ons zijn leven. Mijn vrouw zei later in de auto dat we naar zijn testament hadden zitten luisteren. Het testament van een zielzorger, want zo noemt hij zichzelf. Een priester die de naaste helpt zijn of haar eigen ziel te vinden. Dat is misschien wel het belangrijkste in een mensenleven, hield hij ons voor: dat een mens zijn of haar ziel leert kennen. Hij vertelde erbij dat kort geleden een vrouw bij hem voor de deur stond, met bloemen voor zijn 80everjaardag. Die vrouw kwam hem bedanken omdat mijn oom in de moeilijkste jaren van haar leven er altijd voor haar was geweest, zonder vragen. Hij luisterde en was er gewoon. Dat was genoeg voor deze vrouw om haar ziel weer op het spoor te komen en in vrede verder te leven. Mijn oom vertelde dit in Halfweg, een lelijk dorp maar wel een plek waar je je ziel kunt vinden. Door te luisteren naar de ander. Daarom woont dat dorp in mijn hart. Mijn oom bewaarde het mooiste voor het laatst. Bij de gezamenlijke lunch zei hij: als je een ander helpt zijn of haar ziel te vinden, kom je ook eerder bij je eigen ziel.

Leo Fijen