Weekbrief Leo Fijen – 1 augustus

Montfortaan in Valkenburg

Uitvaart
Nog geen maand geleden was ik er als argeloze toerist die even stil wilde zijn in het centrum van Valkenburg. Ik heb alleen maar even gekeken en gebeden in die heilige ruimte. De deuren stonden immers open van de kerk die genoemd is naar de heiligen Nicolaas en Barbara. Ik kon toen niet weten dat het beeld van Sint Nicolaas een paar weken later door de vloedgolf van het water van zijn sokkel viel en midden in de nacht door de kerk dreef. De brokstukken zijn bij elkaar geraapt toen het water zakte. En samen zijn Nicolaas en Barbara de kerk uitgedragen. Er was geen In Paradisum en de klokken werden ook niet geluid. Zo vertelt pastoor Herman Jansen me als ik een paar weken later terug ben en op de muren van de kerk zie hoe hoog het water heeft gestaan. De pastoor is die nacht van het kolkende water van de Geul geëvacueerd. Net als Onze Lieve Heer. Op tijd is het tabernakel met hosties de kerk uitgedragen. De godslamp brandt nu bij Onze Lieve Heer in de pastorie even verderop, in de gang onder aan de trap. Daar heerst nog steeds chaos. Alles wat gered kon worden uit de kerk staat daar schots en scheef door elkaar.

Rampzalig
Toch is de pastoor optimistisch als ik er ben. Hij speelt met het woord rampzalig. Want deze ramp, hoe pijnlijk en verdrietig ook, heeft de zalige kracht van de gemeenschap laten zien. Tientallen vrijwilligers hebben de banken van de kerk schoongemaakt buiten op het plein. Herman Jansen noemt dat een tsunami van goedheid midden in het drama van het wassende water. De pastoor wijst ook op de hotels in het centrum die na corona alles verloren hebben en toch elke dag met broodjes en taart voor de vrijwilligers van de kerk komen. Dat is niets anders dan een eigentijdse wonderbare broodvermenigvuldiging. We kijken naar de ravage en zien dat hele stukken vloer zijn weggespoeld. De pastoor neemt me mee naar het altaar. Daar staat te midden van de ventilatoren die met veel vertoon van lawaai alles droog blazen het kruis van Christus, geflankeerd door Maria. Als stille getuigen dat de mensen van Valkenburg niet aan hun lot worden overgelaten.

Medebroeders
Op dat moment komt Peter Denneman aangelopen, bestuursverantwoordelijke voor de montfortanen. Om de broederschap in deze ramp te tonen, want Herman Jansen is met zijn 86 jaar ook al bijna zijn hele leven als religieus verbonden met de congregatie van de montfortanen. De pastoor van Valkenburg weet zich niet alleen gedragen door zijn mensen en door Christus, maar ook door zijn broeders in het religieuze leven. Er wordt niet zoveel gezegd, maar de presentie is hartverwarmend. Tot aan de koffie toe die gedronken wordt in de lege en kale kerk. Er is geen kruisweg meer, de vloer is weggespoeld, achter het altaar heerst nog chaos. Daarom durft Herman Jansen nog geen Paaskaars neer te zetten. De wederopstanding lijkt nog zo ver weg. Christus die meelijdt en weet hoezeer het leven pijn doet, is de troost.

Henri Nouwen
Ik moet deze dagen daarom ook aan Henri Nouwen denken. Want die schrijft in één van zijn eerste boeken dat het er dan juist om gaat de handen niet dicht te knijpen maar juist te openen in gebed en zo verbonden te zijn met de lijdende Christus. Als ik naar huis rijd, komt Nouwen nog dichterbij. De vormgever vertelt me dat het magazine over zijn leven bij gelegenheid van zijn 25e sterfdag bijna naar de drukker gaat. Zo blijft deze bijzondere mens voortleven door alle dood heen. Zoals het leven ook door alle ellende en schade van Valkenburg langzaam terugkomt.

Leo Fijen

Vier keer per jaar een nieuwe, rijk gevulde Klooster! om even mee op adem te komen.
Nu voor maar € 45!