
2e zondag door het jaar B – Zelfreflectie
Schriftlezingen: 1 Samuël 3,3b-10+19; 1 Korintiërs 6,13c-15+17-20 en Johannes 1,35-42
Zie, het Lam Gods
“Zie het Lam Gods” hoorden we Johannes de Doper vandaag zeggen. De dag ervoor had hij dat ook al tegen zijn leerlingen gezegd: “Zie het Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt” (Joh. 1,29). Hoe vaak horen we deze woorden niet? In iedere eucharistieviering worden ze vlak voor de communie uitgesproken; plus nog een keer, vlak daarvoor, bij het breken van de Eucharistische gedaanten: “Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons”.
Zonde en schuld
Er wordt in de Mis trouwens vaak gesproken over zonden en vergeving van zonde, bijvoorbeeld als we de schuldbelijdenis bidden: “door mijn schuld, door mijn schuld, door mijn grote schuld”. Ik las laatst over iemand die zich had laten uitschrijven uit de kerk omdat hij dat te gek had gevonden: in de katholieke kerk werd je veel te veel bepaald bij je eigen schuld. Nu denk ik wel dat de meeste mensen het katholieke geloof toch als een iets vrolijker godsdienst zien dan sommige zwaar protestantse stromingen, maar goed: de man had natuurlijk gelijk: zonde en schuld komen nogal eens aan de orde.
…om de zonden weg te nemen
“Zie het Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt”. We hebben dus vandaag gehoord dat deze woorden komen uit de mond van Johannes de Doper. Dít waren de woorden waarmee hij bij herhaling naar Jezus verwees, dít waren de woorden waardoor de mensen in zijn omgeving nieuwsgierig waren, Jezus achterna gingen en tenslotte Zijn leerlingen werden. Dus het eerste wat deze mensen in Jezus aansprak, was dat Jezus gekomen was als Lam Gods om de zonden weg te nemen. Zij moeten zich dus ervan bewust zijn geweest dat dit voor hen belangrijk was: dat er Iemand was gekomen om de zonden weg te nemen. Zien wij dat ook nog zo?
Een vaste, stabiele relatie
Kersverse ouders hadden hun derde kindje gekregen. Toen de vader aangifte ging doen, was de ambtenaar even de draad kwijt. De ouders waren getrouwd, dus er hoefde geen erkenning van het vaderschap plaats te vinden. En woonden de andere kinderen ook nog in hetzelfde huis, onder één dak? En was de moeder van het pasgeboren kindje ook de moeder van de andere kinderen? De ambtenaar viel bijna van zijn stoel van verbazing, dit was wel een heel gemakkelijke aangifte! De verbazing en onwennigheid van de ambtenaar lieten even zien hoe het in onze maatschappij is gesteld: de meeste kinderen worden niet in een huwelijk geboren, de meeste kinderen groeien niet op in een gezin met ouders, die blijvend verbonden zijn. Veel kinderen hebben te maken met de onzekerheid, het verdriet en de pijn die een scheiding met zich mee brengt. Het is hier zeker niet de bedoeling met de vinger naar mensen te wijzen of te veroordelen. Voor een geslaagde, stabiele relatie moet je nu eenmaal met z’n tweeën zijn en we blijven mensen met zwakheden en bloot gesteld aan verleidingen. Het is in onze tijd voor veel mensen niet gemakkelijk om een vaste, stabiele relatie aan te gaan. Dat begint al bij de vraag: waar vind je een goede partner voor dat avontuur van geloof en liefde? Het is lastig geworden tijd en aandacht te geven aan relatievorming, een verbond van trouw voor het leven op te bouwen; alles is vluchtig geworden.
Sorry!
Zonder dus over iemand te willen oordelen – dat kan ik ook helemaal niet, er zijn allerlei omstandigheden –, is wel duidelijk voor ons allemaal dat één klein woordje wel heel erg hard nodig is als je een relatie op wilt bouwen. Dat woordje luidt: “Sorry” of hoe iemand ook tot uitdrukking brengt of laat merken dat hij of zij weleens steken laat vallen en vergeving nodig heeft. Een goede relatie vraagt niet dat we volmaakt zijn, maar dat we kunnen en willen vergeven.
Zoeken naar het “wij”
Zo’n relatie vraagt niet dat er nooit woorden of meningsverschillen zijn, maar dat we elkaar willen vinden en dat we ook bereid zijn om daar offers voor te brengen. Iedere succesvolle relatie vereist dat we bereid zijn om niet onszelf centraal te stellen, wat ik wil, maar dat we bereid zijn naar het “wij” te zoeken, de gemeenschappelijke basis.
Zelfinzicht
Een relatie opbouwen kan alleen wie vergeving kan vragen, tenminste in de zin dat we in onszelf toelaten dat we niet volmaakt zijn en dat we een ander soms te kort doen, dat we te kort schieten in begrip, in liefde, in vertrouwen, in nog zoveel meer…. Die houding – vragen om vergeving, introspectie – leren we door ons geloof en in de kerk. Natuurlijk niet alléén in de kerk, al nemen zelfinzicht en vergeving vragen daar een belangrijke plaats in. We zijn niet volmaakt, één van de belangrijkste zaken in het leven is dat we dat onder ogen durven zien en dat van elkaar aanvaarden; dat we daarop reflecteren en ons erop bezinnen hoe we zijn, hoe we hebben gehandeld en gesproken. Was dat in de geest van Jezus Christus en Zijn evangelie of lieten we ons leiden door eerzucht, door geld, door streven naar macht enzovoorts? Ja, ons geloof leert ons naar onszelf te kijken als kleine mensen met fouten en gebreken, met zonden. Niet om daardoor gedeprimeerd te raken maar juist om met des te meer vertrouwen op te kijken naar Degene die gekomen is om ons te verlossen.
Ter communie
“Zie het Lam Gods dat de zonden van de wereld wegneemt”. Het wordt ons in iedere Mis gezegd vlak voor de communie. Dus als we de heilige communie krijgen, ontvangen we Jezus als het Lam Gods dat onze zonden wegneemt. Dat houdt in dat we eerlijk ter communie gaan als we onszelf als mens met fouten en gebreken durven zien en ernaar verlangen dat Hij ons in de communie helpt om een beter mens te worden. “Zie, het Lam Gods….”. Toen die mensen rond Johannes de Doper die woorden hadden gehoord, gingen ze Jezus achterna. Ze leerden Hem kennen, begonnen Hem te volgen, werden leerling van Hem. Die uitnodiging ligt er ook voor ons, iedere keer als wij die woorden horen: “Zie, het Lam Gods”.
† Jan Hendriks
Afbeelding: Lam Gods raam St.Michaelschurch – Andrea Don via Pixabay