
Openbaring des Heren (Driekoningen) jaar A – Openbaring naar twee kanten
Schriftlezingen: Jesaja 60,1-6; Efesiers 3,20-3a.5-6 en Matteüs 2,1-12
Welke ster?
Het feest van de Openbaring des Heren, dat voor de oosterse christenen het eigenlijke kerstfeest is, stelt aan ons de vraag hoe we in het leven staan. Met wat voor houding en instelling zijn wij op weg gegaan, volbrengen wij de reis van ons leven, door welke ster laten wij ons leiden?We gedenken en vieren op deze dag dat wijzen uit het oosten hun land verlieten om de pasgeboren Koning der Joden te zoeken en te eren. Dat is niet niks. TV programma’s laten ons zien hoe mensen het ervaren om naar een heel ander land te verhuizen, soms helemaal naar het einde van de wereld. Anderen maken een reis om de wereld en trekken daar een jaar voor uit.
Op weg, maar hoe?
Zo’n vertrek of verblijf valt niet altijd mee, je moet wel op een bepaalde manier in het leven staan en er op ingesteld zijn dat het in de praktijk allemaal toch wel iets anders is dan je tevoren had gedacht, dat het bijvoorbeeld niet overal zo gemakkelijk is om nieuwe kennissen te maken, zeker als je de taal niet spreekt, dat je kunt verdwalen of stranden of dat er andere tegenvallers zullen komen. En het maakt ook heel veel uit hoe mensen op weg gaan: ik ken een katholieke organisatie die jongeren uitzendt om in een ontwikkelingsland te gaan helpen; die jongeren maken natuurlijk ook allerlei moeilijkheden mee. Die uitzending heeft een doel: het is voor God en om andere mensen bij te staan, dat deze jongeren op weg gaan; De uitzending biedt vrijwel altijd een mooie, rijke ervaring, waar de jongeren anders van terug komen. Die doet meer met het leven van iemand dan zomaar een jaar studeren in het buitenland, hoe verrijkend ook dat al kan zijn. Het hangt dus allemaal wel mede af van de instelling en het doel waarmee mensen op weg gaan. En dat geldt eigenlijk wel voor alles in het leven.
De ster van openheid
De wijzen uit het oosten zijn heel open op weg gegaan na het zien van een ‘supernova’, waaraan in hun traditie een bijzondere profetie over de geboorte van een koning was verbonden. Zij hadden niet de Joodse achtergrond, zij kenden niet de boodschap van de profeten van het Oude Testament, maar zij lieten alles achter en kwamen om te zoeken en te vinden met een grote openheid: de Heer kon zich aan hen kenbaar maken. Dat maak ik ook in het heden mee: dat mensen zonder geloofsachtergrond of met een andere achtergrond wél heel open staan om de waarde en zin van het leven te ontdekken en geleid door die ster van openheid God en de kerk gaan ontdekken. Voor sommigen van hen komt die zoektocht zelfs uit bij het priesterschap. Zij zijn zoals de wijzen op zoek gegaan.
Bedreigd, sluit hij zich af
Daartegenover staat koning Herodes, die eigenlijk alle kennis in huis heeft: hij wéét met hulp van hogepriesters en Schriftgeleerden wie de Christus is en waar Hij geboren zou worden; hij weet alles, maar zijn insteek is volkomen verschillend van die van die vreemdelingen die bij hem aan komen kloppen. De vraag en de boodschap van die wijzen uit het oosten roepen bij Herodes verontrusting op en bezorgdheid om zijn eigen positie: Hij ziet het Kind als bedreiging en begint zijn leven en macht met alle middelen te verdedigen. Hij komt zelf niet naar buiten, blijft in zijn Jeruzalems paleis: die wijzen moeten maar gaan zoeken, terug komen en hem melden waar dat Kind zich bevindt. Hij gaat niet op zoek en sluit zich op en af!
Twee levensstijlen
In het evangelie over de ster die naar Betlehem leidt ontmoeten we dus twee levensstijlen. Herodes gaat er niet op uit en sluit zich af, hij verdedigt zijn eigen leven als een bastion: niemand mag aan hem komen, al het nieuwe wordt bedreigend, hij zoekt zijn zekerheid in wat hij heeft. We weten uit de geschiedenisboeken dat dit een patroon werd in zijn leven: steeds weer waren er mensen waardoor hij zich bedreigd voelde en die uit de weg moesten worden geruimd, zodat hij een spoor van lijken heeft achter gelaten. Die wijzen uit het oosten daarentegen stelden zich als het ware kwetsbaar op door op weg te gaan, het onbekende tegemoet. Zij worden door de traditie als koningen afgebeeld vanwege de profetie van Jesaja die de eerste lezing van dit Hoogfeest is en vanwege hun koninklijke geschenken: goud, wierook en mirre. En zij worden tegelijk als mensen van verschillende rassen en leeftijden afgebeeld: de één is jong, de volgende van middelbare leeftijd en de laatste is een oude man. Dit alles om ons te zeggen: die koningen zijn wij allen, die wijzen zijn ook wij als we op weg gaan, de ster achterna; als we ons hart en ons leven openen om de Heer te zoeken en vinden. Dat is het wat de Heer van ons verwacht: een zekere liefdevolle openheid voor Hem en onze medemens.
Openbaring
Dit feest heet officieel: Openbaring des Heren. Dat legt er de nadruk op dat het de Heer zelf is die zich openbaart. Het is niet onze verdienste, onze kracht, ons heldere inzicht, onze wijsheid. Uiteindelijk is alles genade, een gave van God en als je ook dat kunt zien, kun je in feite alleen maar dankbaar zijn als je, geleid door zijn ster, op weg bent gegaan om Hem te vinden.
† Jan Hendriks
Afbeelding: Rie Cramer – Het jaar rond, Driekoningen, 1978