
Maria Geboorte
Het is een meisje!
Na de geboorte van haar dochter, volgens het Proto-evangelie van Jakobus, antwoordde Anna toen ze hoorde dat het een meisje was:
“Op deze dag is mijn ziel groot gemaakt”. En zij legde het kind neer. En toe de dagen vervuld waren reinigde Anna zich en gaf zij het kind de borst. En zij gaf het de naam Maria.
Volgens Palestijnse traditie werd Maria geboren in Jeruzalem, in het noordoostelijke stadsdeel, vlakbij de Vijver van Bethesda. De moeder van Jezus werd vermoedelijk geboren in het jaar 25 vóór de christelijke jaartelling. In die tijd was de derde stadsmuur van Jeruzalem nog niet gebouwd, wat betekent dat Maria buiten de stadsmuren geboren zou zijn. Volgens een andere traditie werd Maria geboren in Bethlehem.
Anna en Joachim
In de Bijbel lezen we niets over de geboorte van Maria. In het Proto-evangelie van Jakobus uit de 2e eeuw wordt de geboorte van Maria wel uitgebreid beschreven. Maria is de dochter van Joachim en Anna. Zij kunnen geen kinderen krijgen en het paar lijdt daar hevig onder omdat kinderloosheid in die tijd beleefd wordt als een vloek. Joachim ondervindt hier grote nadelen van en komt, nadat hij uit de Tempel is verwijderd, in een (sociaal en cultisch) isolement terecht. Anna smeekt God daarop om een kind. Haar gebed wordt verhoord. Een engel brengt haar de blijde boodschap en zegt haar dat het kind aan God moet worden opgedragen. Joachim, die vanwege de schande de woestijn is ingevlucht, wordt daar door een engel op de hoogte gesteld van de zwangerschap van Anna. Hij keert terug naar Jeruzalem en treft zijn vrouw bij de Gouden Poort, waar zij elkaar innig omhelzen. (afbeelding Giotto – Scrovegni kapel Padua) Anna baart een dochter, die zij Maria noemt. Al vanaf haar geboorte wordt het kind omgeven met grote zorg en gebed. Op 4-jarige leeftijd staan de ouders haar af aan de Tempel, waar zij zich tot haar 13de levensjaar toelegt op de dienst aan God en de studie van de Tora.
De eerste bronnen, die de viering van Maria’s geboorte bevestigen, dateren uit de 6e eeuw. De feestdag werd aanvankelijk vooral gevierd in Jeruzalem als kerkwijdingsfeest van de basiliek H. Anna. Deze basiliek was voor de herbouw in de 6e eeuw gewijd aan Maria. Vervolgens verspreidde de devotie zich naar het westen en was in de Middeleeuwen al een van de belangrijke kerkelijke feestdagen (hoogoctaaf) geworden. Het octaaf werd in 1955 afgeschaft, terwijl het feest op 8 september behouden bleef.
‘De dag van de geboorte van de moeder van God is een dag van universele vreugde, want door de moeder van God, werd het gehele menselijke ras vernieuwd, en het verdriet van de eerste moeder, Eva, werd omgevormd tot vreugde.’ Johannes van Damascus (676-849)
Onbevlekte Ontvangenis
Maria is, als moeder van de Heer, zonder de erfzonde ter wereld gekomen. Dit noemt men de Onbevlekte Ontvangenis van Maria. De datum voor het hoogfeest van Maria Onbevlekte Ontvangenis is afgeleid van die van Maria Geboorte op 8 september. Deze werd vastgesteld op 8 december, omdat de verwekking (ontvangenis) van Maria plaatsvond negen maanden vóór haar geboorte.
Afbeelding: Tilman van den Burgh, ca.1470, Rijksmuseum Twenthe