Kerstmis – Het eerste en het laatste woord

Schriftlezingen: Jesaja 52,7-10 en Johannes 1,1-18

In het begin was het Woord (Johannes 1,1)

We wantrouwen woorden. We houden meer van ‘geen woorden, maar daden’. Van de miljoenen woorden die elke seconde door het heelal vliegen – via smartphones, e-mail, internet en andere media – hoeveel doen er echt toe? Wat mis je als je ze niet hoort? Maar soms doet een woord er toe. ‘Het dankjewel en alsjeblieft, het spijt me en pardon, geloof geen hond die zegt dat iets er niet toe doet’, zingt Herman van Veen. En als je vader een hersenbloeding heeft, kun je snakken naar één woordje dat contact schept.

Jezus, zo zegt Johannes, is het eerste Woord, het scheppende Woord, dat er alles toe doet, één en al communicatie. Hij zegt niet alleen woorden. Hij is het Woord, het vleesgeworden Woord. Niet alleen door zijn mond, maar door heel zijn persoon spreekt God tot de mensen. Van de scheppende God zegt de psalmist: ‘Hij sprak en het gebeurde.’ Zo is het ook met Jezus. Waar Hij spreekt gebeurt iets. Doven horen en stommen spreken. Boze geesten verdrijft Hij en tollenaars en zondaars trekt Hij tot zich. Hij is voor alle godzoekers ‘de gids en de weg’, zegt Johannes.

Gids en weg is Jezus steeds opnieuw, ook nu. Gids en weg is Hij voor de vrouw die haar demente man blijft bezoeken, avond na avond. Gids en weg is Hij voor de monnik die niet vroeg genoeg uit de veren kan komen om zich te keren naar het Licht. Gids en weg is Hij voor de vrijwilligster, die zorgt dat drugsverslaafden elke avond koffie en een boterham krijgen. Nu we hier samen het Kerstfeest vieren, zegt Johannes de evangelist tegen ieder van ons dat Jezus voor ons de gids en de weg is naar God.

‘Van zijn volheid hebben wij allen ontvangen, genade op genade’, wij allen: de vrouw, de monnik, de vrijwilligster en ook u en ik. Positiever kan het niet. Oude vertalingen wekken de indruk alsof het licht van Kerstmis niet op kon tegen de duisternis. Ze zeggen: ‘Het licht schijnt in de duisternis, maar de duisternis nam het niet aan.’ Maar nieuwere vertalingen zeggen dat de duisternis moest capituleren: ‘Het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis kon het niet aan.’ Het kind van Betlehem heeft het laatste woord. Een andere reden om Kerst te vieren is er niet.

Zalig Kerstmis

Jan Hulshof