
Doop van de Heer – Verdraagzaamheid en respect
Schriftlezingen: Jesaja 42,1-4.6-7; Handelingen 10,34-38 en Marcus 1,7-11
Het Paradijs wordt een zooitje
Een van de mooiste en tegelijk moeilijkste dingen van het christelijk geloof is dat je geen kwaad met kwaad mag vergelden, maar dat je moet doen zoals God zelf en het kwade zelfs met goed moet beantwoorden. Het beeld dat de bijbel ons schetst is dat van een God die beledigd wordt, die geraakt wordt in Zijn liefde voor ons door de onverschilligheid, de zonden en de haat van de mensen, die als het ware heel verdrietig ziet hoe de mensen van het mooie paradijs dat Hij gegeven heeft een zooitje maken….
Gods antwoord
Dan roept Hij op, Hij nodigt uit om naar Hem toe te komen en andere wegen te gaan, zoals we hoorden in de eerste lezing uit de profeet Jesaja. En Gods ultieme antwoord op al het kwaad en de ellende die Hij ziet, is dat Hij zelf komt, zich klein maakt, mens wordt, de nederigste plaats inneemt. Langs die weg probeert Hij de wonden van de zonden te genezen.
Het kwaad en de haat
Niet dat voortaan kwaad en haat zijn opgehouden. We kunnen voortdurend zien en horen hoe kwaad en haat dóórgaan: terroristische aanslagen,aanslagen op het klimaat en milieu, een vluchtelingencrisis, epidemieën
en ga zo maar door…
Geweld is geen antwoord
Ook in onze westerse samenleving, die zo open en tolerant lijkt, is respect voor anderen soms ver te zoeken. Toch is dat de basis van onze samenleving: je moet handelen met respect voor de overtuiging van andere mensen, al moet de overheid natuurlijk wel de openbare orde handhaven. Maar een andere weg van reactie dan een brief of gesprek of debat, een geweldloze actie dus, of misschien een juridische klacht, is er niet. Geweld is geen antwoord, kan en mag geen middel zijn, het gesprek of debat natuurlijk wél.
Gemeenschap en verdraagzaamheid
Maar ook in gesprek of debat blijft een basis-respect noodzakelijk. Mijn reactie op een zeer grove cartoon die ik eens zag – beledigend was die voor hele geloofsrichtingen, en spottend met wat voor velen heilig is – was dat ik voor die cartoonist heb gebeden, want waar respect ontbreekt, kan onverdraagzaamheid als onkruid gaan groeien; maar wie gebrek aan respect met nog veel meer gebrek aan respect beantwoordt, zet een negatieve spiraal in werking. Geweld roept alleen maar geweld op, in het groot en in het klein. Als we bijvoorbeeld negatief spreken over iemand, zal die persoon daar ook gemakkelijk mee beginnen. Mensen die zich onderdrukt voelen, aan de kant gezet, zullen gemakkelijk uit onvrede en boosheid reageren. Maar woorden van erkenning en waardering stichten gemeenschap. Juist voor ons als christenen en katholieken is het vanuit ons geloof noodzakelijk mensen bijeen te brengen, eenheid en verdraagzaamheid te bevorderen, want “wie niet met Mij bijeenbrengt, brengt verdeeldheid”, om de woorden van Jezus zelf te gebruiken (Lc. 11,23).
Zich uitspreken tegen onverdraagzaamheid
Het is belangrijk dat mensen in allerlei landen hun stem laten horen tegen onverdraagzaamheid en geweld en dat – tegen de achtergrond van zich Islamitisch noemende strijdgroepen – ook steeds meer moslims en Islamitische organisaties, zich uitspreken tegen terrorisme en geweld, tegen haat en onverdraagzaamheid. In die geest ben ik blij met het document over verdraagzaamheid en broederschap onder de mensen, dat paus Franciscus en Ahmad Al-Tayyeb, de Groot-Iman van Al-Azhar in 2019 hebben getekend.
Hij schaart zich onder de zondaars
Het kleine kind van de Kersttijd is een volwassen man geworden, maar Hij blijft als een kind, zo eenvoudig en klein. Het doopsel van Johannes was een doopsel van bekering: mensen die hun zonden publiek wilden erkennen, kwamen naar Johannes toe om dat doopsel te ontvangen. En Jezus doet dat ook. Niet omdat Hij het nodig heeft. In een van de andere evangelies zegt Johannes dat er uitdrukkelijk bij: “Ik heb Uw doopsel nodig en U komt naar mij?” (Mt. 3,14) Maar Jezus schaart zich onder de zondaars, onder de mensen die eenvoudig en oprecht belijden dat zij zondige, zwakke mensen zijn.
Een hele stap…
Dat vinden wij vaak maar o, zo moeilijk. Ik heb vaker eens aan mensen in een gesprek gevraagd waarom ze eigenlijk niet gingen biechten, terwijl dat toch zo’n mooi sacrament kan zijn. Als ik met die persoon in gesprek raakte, kwam daar uiteindelijk meestal uit, dat het toch wel een hele stap is: “Ik durf niet zo goed, wat moet ik zeggen, hoe moet ik het doen, wat zal die priester wel zeggen, ik zie er tegen op als een berg”.
Groot door klein te zijn
Dat zal Onze Lieve Heer ook wel begrijpen, maar soms moeten we een stap durven zetten. Een mens wordt mooier als hij zich klein maakt. Maar we vinden het nu eenmaal allemaal gemakkelijker om te vertellen over onze successen, over hoe goed we het doen, wat we ons kunnen permitteren, wat voor prachtige auto we hebben, hoever we op vakantie gaan, enzovoorts, dan over onze minder geslaagde acties. Niemand vindt het leuk om eerlijk voor de draad te komen met alles wat er niet zo goed is gegaan, met mislukkingen en slechte beoordelingen. De slechte rapporten gooi je eigenlijk liever onderweg in een sloot. Toch is het zo dat we juist van God zijn in onze kleine kanten.
Johannes de Doper
Dat laat Johannes de Doper ons zien. Hij is een populaire boetepredikant, mensen stromen aan van alle kanten. Toch is hij in zijn woorden uiterst bescheiden, hij wijst niet naar zichzelf, hij kent geen jaloezie of afgunst, beklemtoont zijn eigen beperkte betekenis: “Na mij komt die sterker is dan ik, ik ben niet waardig… je moet naar Hem gaan, Hij geeft je iets mooiers en beters dan ik….”. Dit is de man die mensen voorbereidt om Jezus te kunnen ontvangen! Dat God ook in ieder van ons die eenvoud mag vinden die er was in Johannes en in Jezus Zijn Zoon.
De weg van ons doopsel
Precies daar, in die erkenning van eigen kleinheid, het loslaten van eigen vermeende belangrijkheid, in eenvoud en dienstbaarheid ligt de basis voor het respect voor anderen, voor echte verdraagzaamheid en respect. Door het doopsel dat door ons is ontvangen en dat wordt beleefd naar het voorbeeld van Jezus, zijn wij kind van God en wordt het paradijs hersteld. Wie de minste kan zijn vindt vaak een uitweg uit een negatieve spiraal.
† Jan Hendriks