
7e Zondag door het jaar C – Barmhartigheid of het oordeel
Schriftlezingen: 1 Samuel 26,2+7-9+12-13+22-23; 1 Korintiërs 15,45-49 en Lucas 6,27-38
Barmhartig zijn en wegkijken?
“Wees barmhartig zoals uw Vader barmhartig is, Oordeelt niet… veroordeelt niet… Bemint uw vijanden…”. Als we verhalen horen over misbruik van kinderen en huiselijk geweld in gezinnen of over misbruik in de Kerk of op sportverenigingen zou ik me kunnen voorstellen dat u deze woorden van Jezus hoofdschuddend leest: is dit juist niet de kern van het probleem: dat men niet geoordeeld en veroordeeld heeft, dat men weggekeken heeft en zogenaamd ‘barmhartig’ is geweest voor daders, voor plegers van misbruik? Zijn die woorden van Jezus niet heel onverstandig? We zijn allemaal weleens gekwetst, sommigen van ons op zeer ernstige wijze, zodanig dat het hele verdere leven in feite daardoor is beïnvloed. Is dan de oplossing: vergeven en vergeten?
De mantel der liefde?
Een priester die in de parochie werkzaam is, krijgt nogal eens een keer een inkijkje in iemands ziel en leven. Hij zal vaak versteld staan van de pijn van veel mensen, dat er zoveel leed en verdriet in het leven van mensen is, vaak aangedaan door andere mensen. Lang niet iedereen heeft bijvoorbeeld een fijn gezin gekend of een goede en gelukkige relatie. Als je veel ellende van andere mensen hebt ondervonden, je vertrouwen al zo vaak is beschaamd, moet je dan maar stil zijnen je andere wang toekeren, beminnen en vergeven, alles laten gebeuren, zonder te oordelen? Is dat het wat Jezus zegt? Nee, dat is zeker niet de bedoeling, althans: niet op die manier.
Rechtvaardigheid en barmhartigheid
In God zijn twee eigenschappen heel belangrijk: rechtvaardigheid en barmhartigheid. Bij God is er geen barmhartigheid zonder rechtvaardigheid en er is geen rechtvaardigheid zonder barmhartigheid. Beide moeten er zijn, dat wil zeggen: we kunnen niet laten voortbestaan en met de mantel der liefde bedekken, dat iemand kwaad doet en beschadigt, vooral niet als dat een zwakker persoon betreft. Iedereen die kennis heeft van een onrechtvaardige situatie en daar niets aan doet terwijl hij of zij dat wél zou kunnen, maakt zich medeschuldig aan het onrecht dat gebeurt. Moet iemand rond blijven lopen met een verschrikkelijk geheim? Het is niet goed weg te kijken als we onrecht zien gebeuren, al is het soms moeilijk in actie te komen, zeker als het onrecht veroorzaakt wordt door iemand met wie we heel diep verbonden zijn. Toch kunnen we onrecht niet laten bestaan.
Barmhartigheid
De barmhartigheid moet allereerst uitgaan naar de zwakkere, niet naar degene die het onrecht pleegt. De barmhartigheid van God betekent dat ieder die spijt heeft, die vergeving vraagt, van Hem de kans krijgt het eeuwig leven binnen te gaan, na bekeerd en gezuiverd te zijn van verkeerde intenties en bedoelingen. We kunnen de barmhartigheid van God pas ervaren als we ons bewust zijn van onrecht dat we hebben gedaan.
Eerst recht doen, maar geen wraak
Dus we moeten gewoonlijk spréken, iets doen als we zien dat iemand onrecht pleegt, omdat we anders geen recht doen aan degene die het onrecht ondergaat. Het is beter om te handelen. Dus eerst de rechtvaardigheid, dan de barmhartigheid. Maar wie alleen op vergelding en wraak uit is, beantwoordt kwaad met kwaad. Daar wordt de wereld zelden beter van, integendeel: wie kwaad met kwaad beantwoordt, zet een geweldsspiraal in werking.
Innerlijke genezing
De weg naar innerlijke genezing wordt gemakkelijker als er recht is geschied, rechtvaardigheid zegeviert. Maar die innerlijke genezing kan er pas zijn bij degene die zo zeer geleden heeft, als hij of zij zich in zekere zin kan verzoenen met wat er is gebeurd, niet omdat het goed te praten valt, maar omdat een mens niet menswaardig kan blijven leven met bitterheid en wrok. Dus eerst recht doen, de rechtvaardigheid herstellen, maar probeer de ander niet bitter te maken, wees gematigd in de reactie om een geweldsspiraal te vermijden, biedt een opening naar vergeving. Rechtvaardigheid en barmhartigheid bieden samen kansen tot genezing voor de zielen.
† Jan Hendriks
Afbeelding: Barmhartigheid, de heilige Clara geeft aalmoezen, Badische Landesbibliothek, Karlsruhe, Codex Tennenbach 4, fol. 17r, voor 1492