6e zondag van Pasen – Liefde is niet een gevoel

Schriftlezingen: Handelingen 10,25-26+34-35+44-48; 1 Johannes 4,7-10 en Johannes 15,9-17

Liefde
Een van de moeilijkste woorden is liefde. De liefde is wat wij allemaal het allerbelangrijkste vinden, maar wat tegelijk
helemaal niet gemakkelijk te volbrengen is. O, het is niet zo moeilijk als we spontaan van iemand houden, hem of haar heel sympathiek en aardig vinden, maar liefde is moeilijk als we ons niet gewaardeerd voelen, als we ons oneerlijk behandeld vinden, als we denken dat een ander ons benadeelt of zelfs haat. En hoe vaak slaat de grootste liefde niet om in haat. Helaas lopen zoveel relaties stuk die met veel liefde en begrip zijn begonnen. En liefde wordt dikwijls heel verschillend geïnterpreteerd. Hoe vaak gebeurt het niet dat wij liefde noemen wat wij liefde vinden, wat ons goed uitkomt of meevalt. We voelen ons bijna allemaal tekort gedaan als we behandeld worden op een manier die ons teleurstelt en we zullen dan ook al gauw denken dat die ander die ons zo behandelt een gebrek aan liefde heeft.

Houdt U klein…
Liefde begint eigenlijk altijd met nederigheid, met eenvoudig en bescheiden over jezelf denken. “Houdt U klein onder de sterke hand van God” (1Petr. 5,6), zegt ons de heilige Schrift. Als we onze eigen fouten en tekortkomingen maar moeilijk onder ogen kunnen zien, zal het ook niet zo gemakkelijk zijn om een ander lief te hebben. Want ieder mens heeft kleine kanten, minpunten en weeffouten en het is belangrijk die bij zichzelf (niet bij een ander, dat lukt meestal wel…) onder ogen te zien om te weten waar we een ander misschien mee hebben pijn gedaan.

Ik ben ook maar een mens
Als wij onder het doen of laten of de woorden van anderen lijden, kunnen we de liefde alleen bewaren als we ons bewust zijn van onze eigen onvolmaaktheid. Of, zoals Petrus het tot Cornelius zegt in de eerste lezing van deze zondag, wanneer die Cornelius voor Petrus op de knieën gaat: “Ik ben ook maar een mens”. Ja, we zijn allemaal maar gewone mensen, niemand is volmaakt en we moeten bereid zijn een ander te vergeven in het bewustzijn dat we zelf ook vergeving nodig hebben.

“Zij” en “wij”
Petrus moest leren niet te denken in “zij” en “wij”. “Wij”, dat waren de Joden, de goeden “zij” dat waren de heidenen, de minderen. Petrus krijgt in de eerste lezing een lesje dat er voor God geen aanzien des persoons bestaat. Voor God is ieder mens gelijk. En als we onszelf beter vinden dan een ander, hebben we daarin al hierom geen gelijk omdat we ons zelf boven anderen verheffen. Petrus leerde: ieder mens is het waard dat de heilige Geest op hem of haar neerdaalt; ieder mens die gelooft en God wil dienen, kan gedoopt worden; ieder mens wordt uitgenodigd om een kind van God te zijn!

In het licht van de liefde
God staat dus open voor iedere mens, de uitnodiging is er voor iedereen en de kern ervan om die te kunnen aanvaarden is dat je een nederige mens probeert te zijn. Onze roeping is het om een kind van God te zijn. Een kind is klein en geestelijk moeten we ons allen zo voelen, zodat we in eenvoud iedereen kunnen proberen te aanvaarden. Niet dat we dan alles goed moeten vinden, wel dat we de fouten die we bij anderen zien in het licht van onze eigen fouten moeten zien en in het licht van de liefde. Over veel heiligen wordt gezegd dat zij veel hoger over anderen dachten dan over zichzelf; zij beschouwden zichzelf als de grootste zondaars.

Hij werd de minste…
Dat is het voorbeeld ook van Jezus zelf. Hij maakte zich klein, hoewel Hij geen zonde had gedaan, maakte Hij zich tot de stevigste zondaar van ons allen, door de dood te sterven van de grootste misdadigers uit de laagste klasse van de bevolking: De Allerhoogste, de grootste, de machtigste, God kiest voor zichzelf voor de slavendood die voor gruwelijke misdaden werd opgelegd: de dood aan een kruis. Hij heeft niks verkeerds gedaan, het is een daad van nederigheid en liefde. Geen groter liefde kan iemand hebben dan dat iemand zijn leven geeft voor zijn vrienden.

Wat is liefde?
Die liefde is dus de liefde van het geven, dat je jezelf geeft ook al kost het moeite, dat je je ergens overheen zet, trouw probeert te blijven aan je diepste idealen. Die liefde is niet een gevoel; echte liefde is niet zo veranderlijk als onze gevoelens die nu eenmaal onbestendig zijn: soms zit je er doorheen, soms gaat het als een speer. De liefde waar Jezus het over heeft, begint met het trouw vervullen van je plicht, met doen wat je moet doen, met eenvoud en standvastigheid: “Als je mijn geboden onderhoudt, zul je in mijn liefde blijven”. Als we willen weten wat liefde is, als we ons willen realiseren wanneer we een persoon liefdevol behandelen, dan zouden we liefdevol naar die mens moeten kijken, met de barmhartige blik waarmee God naar die mens kijkt: Hij ziet die mens als Zijn geliefd kind; wanneer we welwillend kunnen kijken en bereid zijn ons niet te laten leiden door ons onbestendig gevoel, door sympathie of antipathie, maar ons willen laten leiden door een overtuiging van wat er geboden is en wat goed is, met oog voor onze eigen fouten, dan zullen we in de liefde blijven, misschien met vallen en opstaan, want we blijven mensen, maar dan komen we steeds weer bij de liefde uit… “Blijft in mijn liefde”. “Dit is mijn gebod, dat gij elkaar liefhebt”. Laten we dat nastreven, zonder iemand van onze liefde uit te sluiten.

† Jan Hendriks

Vier keer per jaar een nieuwe, rijk gevulde Klooster! om even mee op adem te komen.
Nu voor maar € 45!