6e Zondag van Pasen jaar C – Is geloven het volgen van regels?

Schriftlezingen: Handelingen 15,1-2+22-29; Apokalyps 21,10-14+22-23 en Johannes 14,23-29

Door God geraakt worden
Een echt persoonlijk geloof begint met een geraakt zijn. Ergens voel je in je hart: “Hij is er”, “God bestaat”. Je merkt in je hart die band met God, die je leven mooi maakt, diepte geeft. Dat is duidelijk een band van liefde. Ik heb in mijn leven veel mooie ervaringen gehoord van mensen die Gods aanwezigheid hebben ervaren; bij ieder was die ervaring weer anders en uniek. Soms was die verbonden met een diepingrijpende gebeurtenis, bijvoorbeeld in het leven van iemand die worstelde met een verlies, met een verdriet, met een pijn of een last. Opeens of geleidelijk was daar dan de aanwezigheid van de Heer, waardoor er een licht en een warmte door de duisternis brak. Soms ook kwam die ervaring meer als antwoord op een vraag op een zoeken. Soms was dat antwoord iets wat ongemerkt groeide of het kwam misschien zomaar onverwacht als een bliksemflits bij heldere hemel, een niet voorziene en niet verwachte gebeurtenis.

Hoe groeit de geloofsrelatie?
Waar en wanneer heb je God ervaren? Het was liefdeservaring; dat is tenminste de manier waarop het evangelie van deze zondag erover spreekt: “Als iemand Mij liefheeft zal hij mijn woord onderhouden: mijn Vader zal hem liefhebben en wij zullen tot hem komen en verblijf bij hem nemen”. Af en toe is het best weleens goed en mooi om voor jezelf na te gaan: hoe is mijn band met God gegroeid? Zoals je dat misschien ook weleens nagaat voor je relatie met je man of vrouw. Welke momenten in ons leven zijn bepalend geweest, van groot belang voor onze relatie, voor ons toegroeien naar elkaar? Natuurlijk zal je dan denken aan momenten waarop je elkaar tot steun bent geweest. Zo is het min of meer voor je relatie met God: die momenten waarop je merkte dat Hij er voor je was, dat je steun vond bij God, waren van groot belang voor je geloofsrelatie. Je moet die momenten niet vergeten.

De jonge Kerk en de Joodse wet
De eerste lezing uit de Handelingen van de Apostelen, verhaalt van een heel belangrijk moment uit het leven van de eerste christenen. Die volgelingen van Jezus kwamen voort uit het Joodse volk en aan dat volk had God Zijn belofte gegeven. Betekende dit nu ook dat de christenen, zoals de Joden, besneden moesten worden en de Joodse wet met al haar regels en geboden moesten onderhouden? De apostelen kwamen in Jeruzalem bij elkaar om over deze vraag te spreken. Wat was het antwoord? Nee, ons geloof is geen vervulling van regeltjes en wetjes en een mens is niet goed als hij die maar vervult. Alles begint bij de heilige Geest, de liefde van God en voor God in je hart, dan komt de rest bijna vanzelf. Het gaat om de bron van waaruit we handelen.

Als de vonk overslaat…
U merkt het misschien ook als U bij geloofsopvoeding betrokken bent, je kunt duizend keer iets vertellen, maar er gebeurt pas iets als de vonk overslaat als een kind, een jongere of volwassene God kan ontmoeten, een ervaring van Gods aanwezigheid kan opdoen. Dat kan al thuis gebeuren: het gelovig vertrouwen, een band met God die een kind bij de ouders ervaart, of een ervaring die je samen als gezin doormaakt – ook soms een moeilijke periode – kan die vonk mee doen overslaan al blijft dat natuurlijk het werk van de Geest.

Hoe kan de Geest hun hart bereiken?
Er is in de twintigste eeuw veel veranderd in de samenleving. Toen bijna heel de maatschappij nog gelovig was en vaak ook katholiek, kon je er wel op rekenen dat jonge mensen een geloofsopvoeding meekregen op school of in ander verband. Veel ouders hebben pijnlijk moeten ervaren dat ze er in feite alleen voor stonden als het ging om het doorgeven van geloof. Toch kan die vonk op een gegeven moment overslaan! De heilige Geest werkt langs wondere wegen.  Er moet een openheid zijn in een mens, een zoekend hart om een band met God te kunnen krijgen. Mensen zijn soms zo gesloten, willen er niets van weten, omdat het leven waarvoor zij hebben gekozen bij het geloof in een God niet past, omdat hun ervaringen met het geloof niet goed zijn geweest, omdat zij het gevoel hebben dat geloof een soort eisenpakket is dat op tafel ligt, een verzameling wetjes en regels.

Is geloven een “moeten”?
Maar de band van geloof komt vanuit je relatie met de Heer, die bouw je op bijna zoals je dat doet in een relatie met een mens; niet wetten en regels en “moeten” maar andere woorden zijn dan veel meer op hun plaats: liefde, vertrouwen, je gedragen weten, vrede, vreugde, moed, dankbaarheid. Verschillende van deze woorden komen terug in het evangelie van deze zondag. Keuzes die we als christenen maken, komen niet zozeer voort uit een “moeten”, omdat er een wet is dat dat voorschrijft. je doet het niet omdat het moet en je laat het niet omdat het niet mag maar je kiest wat past bij je Godsrelatie, omdat je die liefdesrelatie niet zou willen beschadigen. Dat is wat Jezus zegt in het evangelie van deze zondag: “Als iemand Mij liefheeft zal hij mijn woord onderhouden”, dat onderhouden van Zijn woord komt uit die relatie voort….

Je band met God
Zie je geloof dus liever niet als een serie dingetjes die je moet doen: je moet bidden voor het eten, je moet op zondag naar de Mis, je moet dit en je moet dat. Dan wordt het iets uiterlijks, een wet of een regel. Maar hef je hart omhoog, denk er aan dat God je ziet, dat Hij je kent en van je houdt, denk er even aan misschien terwijl je strijkt, auto rijdt, naar kantoor gaat of de was doet of als je even rustig zit; en wees dankbaar en blij om die band met God, dat je beschermd wordt, dat je leven geleid wordt, dat je vertrouwen mag hebben, dat het allemaal niet zinloos is, dat je de kracht gekregen hebt en dat je tot hier gekomen bent…. “Vrede laat ik u na, mijn vrede geef ik u”.

Geloven in de duisternis
Dat betekent niet dat een gelovige geen moeilijkheden kent. Het kan goed zijn dat een prima gelovige in duisternis komt te verkeren en niets ervaart van Gods aanwezigheid. Moeder Teresa van Calcutta heeft dat een groot deel van haar leven gehad. Toch ging zij door met haar werk voor de armen. Zij bleef trouw aan het inzicht dat zij ooit had gekregen dat zij zich in dienst moest stellen van de armsten van de armen. God gaf haar kracht. Het was donker, zij zag niets, toch bleef zij vertrouwen. Ook dat zegt Jezus in het evangelie van deze zondag tot zijn leerlingen: “Laat je hart niet verontrust of kleinmoedig worden”.

† Jan Hendriks

Afbeelding: Koptische vriendschapicoon, 7e eeuw, Egypte

Vier keer per jaar een nieuwe, rijk gevulde Klooster! om even mee op adem te komen.
Nu voor maar € 45!