26e Zondag door het jaar B – Spreken en oordelen in de geest van Jezus

Schriftlezingen: Numeri 11,25-29; Jakobus 5,1-6 en Marcus 9,38-43+45+47-48

“Wij-zij”-denken
Zoals de leerlingen in het evangelie van vandaag, zijn ook wij vaak geneigd in “zij” en “wij” te denken. “Zij” dat zijn mensen die anders zijn, die tot een bepaald soort mensen behoren, waar wij niet van zijn; die andere mensen worden dan meestal als een bedreiging ervaren en afgekeurd. Oudere mensen kunnen zich wel herinneren dat zoiets vroeger heel erg speelde rond de “stand” waartoe men behoorde: die persoon is niet van onze stand: middenstanders en agrariërs hadden oordelen over ambtenaren en arbeiders en omgekeerd. Mensen van verschillende standen gingen niet met elkaar om, want een arbeider en een hoogleraar: dat ging nu eenmaal niet samen, dacht men. Daarna werd zo gedacht over zigeuners en gastarbeiders. In onze tijd speelt het denken in “zij” en “wij” meer als het gaat om Marokkanen, vluchtelingen, migranten in het algemeen en mensen van een andere huidskleur. Ook het pesten op scholen en andere plaatsen is eigenlijk een soort denken in “zij” en “wij”.

Een oordeel “van buiten af”
Dat heeft soms iets heel raars. Iemand had hele harde oordelen over buitenlanders, maar met zijn Marokkaanse buurman kon hij het prima vinden. Daar zien we tegelijk de kern van het probleem: die harde oordelen zijn oordelen over anonieme groepen en van buitenaf, zonder de mensen te kennen, zonder iets te weten van de intenties en gedachten en het hart van de mensen. Jezus is anders, denkt anders. Het is zeker niet zo dat hij alles goed praat en voorbij gaat aan problemen, het is ook niet zo dat Hij nu eenmaal erg zachtaardig is en terugschrikt voor harde oordelen. Wie het evangelie van deze dag goed gehoord of gelezen heeft, weet wel anders: keiharde oordelen komen daarin voor. “Hak de handen af, gooi hen met een molensteen om de hals in zee”: sommige mensen zeggen dit soort dingen over groepen van mensen, zoals buitenlanders of Marokkaanse jongeren. Dat hoort tot de categorie van de café-praat. Mensen weten vaak wel heel erg goed hoe alles radicaal kan worden opgelost als ze zelf totaal niet bij het probleem betrokken zijn en ze van buiten af oordelen.

Het oordeel gaat over de zonde
Maar Jezus denkt niet in “zij” en “wij” en dat keiharde oordeel dat Jezus hier uitspreekt kan net zo goed jezelf betreffen, want dat keiharde oordeel gaat over de zonde. Bij al onze zwakheid, waardoor we weleens de fout in gaan, moeten we toch streng blijven waar het erom gaat een oprecht en goed mens te zijn; daar moet je principieel in blijven en als je eens de verkeerde kant bent op gegaan, dan moet je op je schreden terugkeren. Dat duidelijke oordeel geldt allereerst onszelf, want we kunnen de splinter in het oog van een ander niet gaan beoordelen, als bij onszelf de balk er nog in zit. Als het gaat om eerlijkheid, om waarheid en goedheid, moet je keuzes durven maken, geen compromissen sluiten, anders ben je toch ergens een huichelaar.

Oog voor het goede
Veel mensen hebben erg veel oog voor de fouten van anderen, maar zien absoluut niet onder ogen waar zij zelf de fout in gaan. Er wordt bijvoorbeeld heel veel op anderen gescholden op het internet en er gaan heel weinig mensen biechten om hun eigen fouten onder ogen te zien. Het goede dat iemand doet, moeten we erkennen, aanvaarden en prijzen, ook al is die mens “ons soort” niet. Als christenen kennen we geen “soorten mensen”, we kennen alleen maar mensen en die zijn allemaal geschapen naar het beeld en de gelijkenis van God. We mogen niemand afschrijven, al zien we misschien wel iets dat niet goed is, wat die mens beter anders kan doen. Sommige mensen liggen ons niet zo heel erg. Soms zijn daar redenen voor, soms ligt het meer in de sfeer van sympathie en antipathie. Als we iemand niet zo sympathiek vinden, is het des te meer een opgave om oog te houden voor het goede dat die persoon misschien toch ook wel doet.

Spiegel van Gods barmhartigheid
Zie een mens allereerst als mens, niet allereerst als zondaar, als iemand die ernaast zit, niet als iemand die afgeschreven is en waar je toch niks mee kunt, niet als iemand “die nu eenmaal zo is”. Kijk allereerst met liefde. Paus Franciscus wil dát de Kerk voorhouden: de barmhartigheid van God, weerspiegeld in een barmhartige kerk. Zonder Gods goedheid wordt het niks. We kunnen onszelf nog geen seconde adem geven en zelfs al denken we soms dat we heel wat zijn, we zijn maar even op aarde en of we in de hemel komen is niet aan ons, het zal een geschenk van Gods goedheid zijn. We zijn dus afhankelijk van Gods barmhartigheid en dat is tegelijk een uitnodiging aan ons om ook naar anderen met barmhartigheid te kijken, hen te waarderen in wie zij zijn, de liefde van God te zien die ook in hen aan het werk is.

Inclusief denken
Laten we in deze zin vragen dat God ons mag helpen om niet ‘exclusief ’ te denken: mensen verwerpend en afschrijvend, maar ‘inclusief ’: mensen aanvaardend en in hen kansen ziend.

† Jan Hendriks

Afbeelding: Gerd Altmann via Pixabay

 

Vier keer per jaar een nieuwe, rijk gevulde Klooster! om even mee op adem te komen.
Nu voor maar € 45!