
21e zondag door het jaar C – God in Nederland
Schriftlezingen: Jesaja 26,18-21 en Lucas 13,22-30
‘Doe wat u kunt om door de nauwe deur binnen te komen.’ (Lucas 13,24a)
Onlangs kwam het gesprek in onze leesclub op het onderzoek ‘God in Nederland’ dat elke tien jaar gedaan wordt. De laatste keer concludeerden de onderzoekers dat het christelijk geloof in Nederland voor de meeste mensen een onbekende wereld is geworden. Het dagblad Trouw stelde zelfs voor – veel te kort door de bocht – het rapport niet ´God in Nederland´, maar ´God uit Nederland´ te noemen. ‘Wat komt er terecht van die grote meerderheid?’ vroeg iemand me. De man dacht, denk ik, aan zijn kinderen die niets meer hebben met geloof en kerk.
Die vraag hoor ik in het evangelie van vandaag. Een Joodse gelovige ziet hoe weinig de meeste mensen aan hun geloof doen. Hij vraagt Jezus wat er van hen terecht moet komen. ‘Zijn het er maar weinig die gered worden?´ De vraag heeft dus iets herkenbaars. Maar ze heeft ook iets verleidelijks. Voor je het weet ben je meer bezig met het geloof van anderen dan met je eigen geloof. Soms denk ik wel eens dat ouders of grootouders zich meer zorgen maken over het geloof van hun kinderen of kleinkinderen dan over hun eigen geloof.
Jezus zegt tegen ieder van ons: kijk eerst naar je zelf. Doe wat je kunt om door de nauwe deur binnen te komen. Wat er met anderen gaat gebeuren, laat dat aan God over. Als de balans wordt opgemaakt, zal je nog rare ogen opzetten. Dat je met mij aan tafel hebt gezeten en mijn woorden kent – dat je je eerste communie hebt gedaan en de catechismus kent – betekent geen vrijkaartje voor de hemel. Omgekeerd zullen mensen van wie je het niet verwacht had, wél binnenkomen. De deur is dus nauwer dan je denkt, maar ook wijder.
Blijkbaar heeft Jezus een andere visie op geloven dan ‘God in Nederland’. Voor ‘God in Nederland’ is geloven een kwestie van levensbeschouwing en naar de kerk gaan. Voor Jezus is het allereerst een kwestie van daadwerkelijke gerechtigheid. Mensen die onrecht doen missen de boot: ‘Gaat weg, bedrijvers van onrecht die u bent!’ Mensen die recht doen, wie ze ook zijn, komen uit bij God. Gerechtigheid doen heeft alles met God te maken. God komt immers niet tot zijn recht, zolang ook maar één enkele mens niet tot zijn recht komt.
Jan Hulshof s.m.